Civiele executieprocedures, met name het beslag op roerende goederen, worden geregeld door artikel 719 en volgende van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
De schuldeiser die over een uitvoerbare titel beschikt en die het bedrag dat hem door de schuldenaar verschuldigd is wenst terug te vorderen, kan een beslagmaatregel op zijn roerende goederen aanwenden.
De gemeenschappelijke voorwaarden van alle uitvoeringsmaatregelen uiteengezet in fiche nr. 1 zullen daartoe vervuld moeten worden. De schuldeiser dient alzo te beschikken over een uitvoerbare titel waarin een zekere, vaststaande en opeisbare schuldvordering wordt vastgesteld die voorzien is van de formule van tenuitvoerlegging.
Het executoriaal beslag
Het executoriaal beslag is de procedure die de schuldeiser toelaat om een of meer lichamelijke roerende goederen toebehorend aan zijn schuldenaar te laten verkopen, en om het bedrag dat hem verschuldigd is terug te vorderen op de opbrengst van de verkoop.
Definitie
Het executoriaal beslag is de procedure die een schuldeiser de mogelijkheid biedt om de goederen van zijn schuldenaar in beslag te laten nemen teneinde deze te laten verkopen en om hiervan de prijs terug te vorderen.
Aanwendingsvoorwaarden van een executoriaal beslag
Om gebruik te maken van deze burgerlijke procedure inzake tenuitvoerlegging moeten bepaalde voorwaarden vervuld worden:
- het beslag moet betrekking hebben op een roerend goed;
- het beslag moet betrekking hebben op goederen die vatbaar zijn voor beslag. Artikel 728 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bevat een lijst van goederen die niet voor beslag vatbaar zijn;
- de voorafgaande betekening aan de schuldenaar van een bevel tot betalen. Dit bevel is de akte via dewelke aan de schuldenaar wordt bevolen om zijn schuld te betalen. Deze akte wordt opgesteld door een gerechtsdeurwaarder die deze ter kennis van de schuldenaar brengt.
De betekening van het bevel tot betalen aan de schuldenaar heeft tot doel om de verjaring te stuiten (de schuldenaar zal het verstrijken van de bepaalde tijd niet kunnen inroepen om te ontsnappen aan de uitvoering van zijn verbintenis) en om de wettelijke interesten te doen lopen.
De inbeslagneming
De beslagverrichtingen beginnen na het verstrijken van een termijn van één volle dag vanaf de betekening van het bevel tot betalen.
Deze verrichtingen vinden plaats waar de in beslag te nemen roerende goederen zich bevinden. Zij worden uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder in aanwezigheid van 2 meerderjarige getuigen met de Luxemburgse nationaliteit.
Zij kunnen gebeuren in handen van de schuldenaar of in handen van de derde die de goederen zou bewaren voor rekening van de schuldenaar.
In het kader van deze verrichtingen zal de gerechtsdeurwaarder met name overgaan tot een inventaris van de goederen van de schuldenaar en zal hij een akte van beslag opstellen die de onbeschikbaarheid van de in beslag genomen goederen tot gevolg zal hebben.
Na afloop van deze verrichtingen zal worden overgegaan tot de verkoop van de in beslag genomen goederen.
Gevolgen van de inbeslagneming
De gedwongen verkoop van de in beslag genomen goederen kan plaatsvinden na een termijn van 8 dagen nadat de goederen in beslag zijn genomen.
Men dient overigens te benadrukken dat zich, in de loop van de procedure inzake executoriaal beslag, verschillende incidenten kunnen voordoen. Een persoon die buiten de procedure staat, kan immers de eigendom van het in beslag genomen goed inroepen, of de schuldenaar kan het onbeslagbare karakter van het in beslag genomen goed aanvoeren.
Deze procedure wordt geregeld door artikelen 719 tot en met 761 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
1. De voorafgaande vereisten voor de procedure inzake inbeslagneming-verkoop
Om een executoriaal beslag te kunnen aanwenden, dient het betrokken goed een roerend goed te zijn.
Het executoriaal beslag kan enkel betrekking hebben op roerende goederen. Zijn alzo uitgesloten van deze procedure: de onroerende goederen uit hun aard en de onroerende goederen door bestemming.
Ongeacht of zij in het bezit zijn van de schuldenaar of van een derde, kunnen alle voor beslag vatbare roerende goederen toebehorend aan de schuldenaar het voorwerp uitmaken van een executoriaal beslag.
Er bestaan onbeslagbare goederen die worden opgesomd in artikel 728 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
artikel 728 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
1) De voorwerpen die bij wet worden beschouwd als onroerende goederen door bestemming;
2) het noodzakelijke onderkomen van de beslagene en zijn gezin, het linnengoed en de kleren die noodzakelijk zijn voor hun eigen gebruik en tevens de meubels die nodig zijn om ze in op te bergen, een wasmachine en een strijkijzer, de apparaten die noodzakelijk zijn voor de verwarming van het gezinsonderkomen, de tafels en stoelen die het gezin nodig heeft voor de gemeenschappelijke maaltijden en het vaatwerk en de huishoudelijke artikelen die voor het gezin onmisbaar zijn, een meubel om het vaatwerk en de huishoudelijke artikelen in op te bergen, een apparaat waarmee warme maaltijden kunnen worden bereid, een apparaat voor het bewaren van levensmiddelen, één apparaat per bewoonde kamer voor de verlichting ervan, de artikelen die noodzakelijk zijn voor gehandicapte leden van het gezin, de artikelen die worden gebruikt door de kinderen ten laste die onder hetzelfde dak wonen, de huisdieren, de artikelen en producten die noodzakelijk zijn voor lichaamsverzorging en voor het onderhoud van het onderkomen, de instrumenten die noodzakelijk zijn voor het onderhoud van de tuin, dit alles uitgezonderd luxemeubelen en -artikelen;
3) de boeken en andere artikelen die noodzakelijk zijn voor school, studie of beroepsopleiding van de beslagene of zijn kinderen ten laste die onder hetzelfde dak wonen;
4) de goederen die noodzakelijk zijn voor het beroep van de beslagene, tot een waarde van 2478,94 euro, op het moment van de beslaglegging en naar keuze van de beslagene, als het niet voor de betaling van hun prijs is;
5) de artikelen die worden gebruikt voor godsdienstoefening;
6) de voedingsmiddelen en brandstoffen die de beslagene en zijn gezin in één maand gebruiken;
7) een koe, of twaalf schapen of geiten naar keuze van de beslagene, en tevens een varken en vierentwintig dieren van het hoederhof met het stro, voer en graan dat nodig is voor de onderkomens en het voeden van genoemde dieren gedurende één maand.
8) De in punt 2 van paragraaf (1) bedoelde artikelen blijven vatbaar voor beslag als ze zich op een andere plaats bevinden dan de plaats waar de beslagene gewoonlijk verblijft of werkt.
2. Voorafgaand aan de procedure van het executoriaal beslag: het bevel tot betalen
Krachtens artikel 719 van het nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering dient het bevel tot betalen noodzakelijk vooraf te gaan aan de procedure inzake executoriaal beslag. De beslagverrichtingen beginnen werkelijk na deze fase.
Het bevel tot betalen is de akte middels dewelke aan de schuldenaar, krachtens een uitvoerbare titel, wordt bevolen om zijn schuld te betalen. Dit document wordt opgesteld door de gerechtsdeurwaarder (cfr. fiche nr. 2 - de uitvoeringsinstanties) die dit aan de schuldenaar betekent.
Dit dient het voorwerp uit te maken van een betekening aan de werkelijke woonplaats van de schuldenaar (dit wil zeggen de plaats waar een persoon doorgaans verblijft) volgens de klassieke regels van de betekening per gerechtsdeurwaarder.
De betekening van het bevel tot betalen geldt als ingebrekestelling van de schuldenaar. Bijgevolg wordt de verjaring van de schuldvordering gestuit en beginnen de verwijlinteresten te lopen.
Het bevel tot betalen, waarin aan de schuldenaar wordt bevolen om het verschuldigde bedrag te betalen, en het vonnis, waarin de schuldenaar wordt veroordeeld tot de betaling van het verschuldigde bedrag, kunnen tegelijkertijd betekend worden, als dit niet al daarvoor is betekend.
In overeenstemming met artikel 720 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering dient het bevel tot betalen, op straffe van nietigheid, het volgende te bevatten:
"e;1- Vermelding van de uitvoerbare titel krachtens dewelke de vervolging wordt ingesteld, met de aparte afrekening van de bedragen gevorderd in hoofdsom, kosten en vervallen interesten;
2- Bevel tot betalen van de schuld binnen één volle dag, bij gebreke waarvan hij hiertoe gedwongen zal kunnen worden door de gedwongen verkoop van zijn roerende goederen."e;
3. De inbeslagneming
De beslagverrichtingen beginnen na het verstrijken van één volle dag vanaf de betekening van het bevel tot betalen. Deze verrichtingen gebeuren op de plaats waar de roerende goederen zich bevinden en worden uitgevoerd door de gerechtsdeurwaarder, vergezeld van 2 meerderjarige getuigen met de Luxemburgse nationaliteit. De beslagleggende schuldeiser mag de gerechtsdeurwaarder niet vergezellen.
Deze verrichtingen kunnen gebeuren in handen van de schuldenaar of in handen van de derde die de roerende goederen bewaart voor rekening van de schuldenaar:
De beslagverrichtingen uitgevoerd tegen de schuldenaar
Het herhaalde bevel
Zodra hij ter plaatse is, herhaalt de gerechtsdeurwaarder mondeling aan de schuldenaar, die op de plaats aanwezig is, de eis tot betaling; dit is "e;het herhaalde bevel"e; (artikel 722 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).
Indien de schuldenaar zijn verbintenissen niet naleeft, vraagt de gerechtsdeurwaarder hem dan om hem de goederen aan te duiden die het voorwerp zouden hebben uitgemaakt van een vorig beslag (artikel 747 van het Nieuwe Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).
De toegang tot de woning
Indien de schuldenaar zich ertegen verzet dat de gerechtsdeurwaarder het pand betreedt of indien er zich niemand bevindt, zal men na het vorderen van een ambtenaar van de gerechtelijke politie kunnen overgaan tot het openbreken van de deuren.
De inventaris
De gerechtsdeurwaarder gaat vervolgens over tot de inventaris van de goederen die in beslag kunnen worden genomen. In de veronderstelling waarin de goederen niet vatbaar zijn voor beslag, of indien geen enkel goed handelswaarde heeft, stelt de gerechtsdeurwaarder een proces-verbaal van niet-bevinding op.
Ingevolge deze verrichtingen wordt er door de gerechtsdeurwaarder een proces-verbaal van inbeslagneming opgesteld. Dit proces-verbaal van inbeslagneming vermeldt de door deze laatste uitgevoerde stappen.
De akte van beslag wordt ondertekend door de gerechtsdeurwaarder, de getuigen en de ambtenaar van de gerechtelijke politie (indien de deuren zijn opengebroken).
Overhandiging van de akte van beslag
De procedure verschilt naargelang het feit of de schuldenaar al dan niet aanwezig is bij de beslagverrichtingen:
Indien de schuldenaar aanwezig is, overhandigt de gerechtsdeurwaarder hem rechtstreeks de kopie van de akte. Deze overhandiging geldt dan als betekening. De gerechtsdeurwaarder zal hem er mondeling aan herinneren dat de goederen onbeschikbaar zijn (dit wil zeggen dat deze noch vervreemd kunnen worden, noch aangewend als waarborg van een schuld), en dat een bewaarder erover werd aangesteld.
Indien de schuldenaar afwezig was tijdens de beslagverrichtingen, zal de gerechtsdeurwaarder overgaan tot de betekening van de kopie van de akte en een afschrift bezorgen aan de ambtenaar van de gerechtelijke politie in wiens bijzijn de deuren zijn geopend.
Gevolgen van de akte van beslag
De akte van beslag maakt de in beslag genomen goederen onbeschikbaar. De schuldenaar mag deze niet vervreemden, noch verplaatsen op straffe van het opleggen van de sancties bepaald in artikel 507 en volgende van het Strafwetboek.
Indien er geldsommen worden gevonden op de plaats van het beslag, worden deze sommen geconsigneerd in handen van de gerechtsdeurwaarder op de daartoe bestemde plaats.
De beslagverrichtingen uitgevoerd tegen de derde-houder
De inventaris
Na het verstrijken van een termijn van acht dagen vanaf de betekening van het bevel tot betalen, kan de gerechtsdeurwaarder overgaan tot de inbeslagneming van de goederen die de derde bewaart voor rekening van de schuldenaar.
De gerechtdeurwaarder vraagt aan de derde-houder om de goederen die hij bewaart voor rekening van de schuldenaar kenbaar te maken en om hem te melden of deze het voorwerp uitmaken van een vorig beslag. Indien de derde geen enkel goed toebehorend aan de schuldenaar bewaart of indien hij weigert te antwoorden, stelt de gerechtsdeurwaarder hiervan een akte op.
Indien de derde verklaart goederen te bewaren voor rekening van de schuldenaar, stelt de gerechtsdeurwaarder een inventaris op van deze goederen.
De overhandiging van het proces-verbaal
Indien de derde aanwezig is bij de beslagverrichtingen, herhaalt de gerechtsdeurwaarder hem mondeling de inhoud van de akte van beslag. De gerechtsdeurwaarder moet het afschrift van het executoriaal beslag betekenen aan de schuldenaar.
Gevolgen van de akte van beslag
Vanaf de akte van beslag zijn de goederen onbeschikbaar in handen van de derde.
De derde heeft niet het gebruik van de in beslag genomen goederen, behalve als een aan het beslag voorafgaande beslissing hem dit recht heeft toegekend.
4. De verkoop van in beslag genomen goederen
De gedwongen verkoop gebeurt openbaar, na het verstrijken van de termijn van acht dagen nadat op de roerende goederen beslag is gelegd.
De verkoop dient het voorwerp uit te maken van een bekendmaking. Deze bekendmaking kan gebeuren via aanplakking of via de pers. De gerechtsdeurwaarder dient de vervulling van deze formaliteiten inzake bekendmaking te bevestigen.
De verkoop wordt verwezenlijkt, hetzij op de plaats waar de in beslag genomen goederen zich bevinden, hetzij in een veilingzaal of een openbare markt, waarvan de geografische ligging het meest geschikt is om met zo weinig mogelijk kosten concurrerende bieders aan te trekken. De keuze behoort toe aan de beslagleggende schuldeiser onder voorbehoud van de regels inzake territoriale bevoegdheid van de ministeriële ambtenaar die gelast is met de verkoop.
De schuldenaar wordt ten minste acht dagen voor de vastgelegde datum, door middel van een akte tot aanmaning, op de hoogte gesteld van de plaats, de dag en het uur van de openbare verkoping waarop hij dient aanwezig te zijn.
De verkoop wordt gedaan door een ministeriële ambtenaar die door zijn statuut bevoegd is om over te gaan tot de openbare verkoping van de lichamelijke roerende goederen (een gerechtsdeurwaarder of een notaris).
De verrichting die ertoe strekt de in beslag genomen goederen openbaar te verkopen aan de hoogste bieder is de openbare verkoping.
Deze openbare verkoping is geopend voor iedereen (uitgezonderd de personen die overgaan tot de verkoop) en strekt ertoe om de beste prijs te bekomen. De openbare verkoping vindt plaats aan de hoogste bieder na drie veilingen.
De verkoop eindigt wanneer de prijs van de verkochte goederen de betaling van de beslagleggende schuldeiser in hoofdsom, interesten en kosten mogelijk maakt. De prijs is contant betaalbaar.
Er wordt een proces-verbaal van openbare verkoop opgesteld met vermelding van de omschrijving van de verkochte goederen, het bedrag van de openbare verkoping, de naam en voornaam en de woonplaats van de hoogste bieder.
De openbare verkoping brengt, mits contante betaling van de prijs, de eigendomsoverdracht tot stand.
Bij gebrek aan betaling wordt het voorwerp opnieuw verkocht na rouwkoop (dit wil zeggen nieuwe procedure inzake openbare verkoping omwille van een bod gedaan door een persoon die zijn verbintenissen niet heeft nageleefd, zoals bijvoorbeeld de betaling van de prijs). In geval van wederverkoop tegen een lagere prijs, is de in gebreke blijvende koper gehouden tot het verschil tussen de aanvankelijke koopsom en de wederverkoopprijs ervan.
5. De incidenten
De incidenten vloeien voort uit betwistingen opgeworpen door de schuldeisers, de derden of de schuldenaar:
Incident voortvloeiend uit de schuldeisers
De tussenkomst van de schuldeisers van dezelfde schuldenaar die op de hoogte werden gesteld van de aanwending van een beslagprocedure
Buiten de beslagleggende schuldeiser kunnen andere schuldeisers tussenkomen in de procedure. Om zich bij de procedure te voegen, moeten de andere schuldeisers de verzetprocedure volgen. In het kader van deze procedure worden deze schuldeisers "e;verzetdoende schuldeisers"e; genoemd, terwijl de beslagleggende schuldeiser "e;eerste beslagleggende schuldeiser"e; wordt genoemd.
Om tussenbeide te komen in de procedure, moet de verzetdoende schuldeiser in het bezit zijn van een uitvoerbare titel waarin een zekere, vaststaande en opeisbare schuldvordering wordt vastgesteld (conform fiche nr. 1). Het verzet heeft tot gevolg dat de hoedanigheid van partij in de oorspronkelijke procedure wordt toegekend aan de verzetdoende schuldeiser. De eerste beslagleggende schuldeiser blijft evenwel degene die de rechtsvervolging leidt.
Het verzet tegen de verdeling van de opbrengst van de verkoop kan worden ingesteld tot de daadwerkelijke verdeling van de gelden.
Dit gebeurt per gerechtsdeurwaardersakte die, op straffe van nietigheid, melding maakt van de uitvoerbare titel krachtens dewelke zij wordt ingesteld, van de aparte afrekening van de bedragen gevorderd in hoofdsom, kosten en vervallen interesten.
De akte wordt betekend aan de eerste beslagleggende schuldeiser en aan de gerechtsdeurwaarder die belast is met de openbare verkoop. De eerste beslagleggende schuldeiser zet de verkoop alleen voort, namens zichzelf en namens alle verzetdoende schuldeisers die inbegrepen zullen zijn in de verdeling van de verkoopprijs.
Het bijkomend beslag
Er kan overigens een bijkomend beslag worden uitgevoerd door de eerste beslagleggende schuldeiser of door de verzetdoende schuldeiser. De gerechtsdeurwaarder stelt een proces-verbaal op dat is onderworpen aan de regels van het executoriaal beslag. Dit proces-verbaal wordt tegelijkertijd met de akte van verzet betekend indien het bijkomend beslag wordt gedaan op het ogenblik van het verzet.
Indien de eerste beslagleggende schuldeiser de formaliteiten van de gedwongen verkoop niet heeft laten uitvoeren, zal de verzetdoende schuldeiser in de rechten van de eerste beslagleggende schuldeiser gesteld kunnen worden voor de voortzetting van het executoriaal beslag. De verzetdoende schuldeiser maant de eerste beslagleggende schuldeiser aan om de nodige inspanningen te leveren binnen een termijn van acht dagen, bij gebreke waarvan de verzetdoende schuldeiser van rechtswege in de rechten van de eerste beslagleggende schuldeiser wordt gesteld.
De nietigheid van het eerste beslag heeft geen enkele invloed op het bijkomend beslag.
Het verkrijgen van een beslissing van de uitvoeringsrechter of van het akkoord van de beslagleggende schuldeiser en van de verzetdoende schuldeisers zijn de enige middelen om de handlichting te bekomen (dit wil zeggen het wegnemen van het beletsel voor de uitoefening door de schuldenaar van zijn rechten op zijn goed) van het executoriaal beslag.
De incidenten opgeworpen door derden
De incidenten opgeworpen door derden hebben in principe betrekking op de eigendom van een goed. Deze incidenten schorten de procedure op voor de goederen die hiervan het voorwerp uitmaken tot het einde van de verzetsprocedure.
De derden kunnen de procedure inzake executoriaal beslag betwisten door middel van twee soorten vorderingen:
- de vordering tot onttrekking: deze wordt gedefinieerd als de vordering middels dewelke een derde aan de rechtbank vraagt om een goed waarvan hij beweert eigenaar te zijn te onttrekken aan het beslag;
- de vordering tot terugvordering:deze vordering strekt ertoe het eigendomsrecht dat een persoon op een goed heeft, vast te stellen.
De incidenten opgeworpen door de schuldenaar
Betwisting met betrekking tot de beslagbaarheid van de goederen
Net als de incidenten opgeworpen door derden, schort de betwisting met betrekking tot de beslagbaarheid (cfr. lijst van de onbeslagbare goederen, blz. 2) van een of meerdere goederen de procedure op voor de goederen die hiervan het voorwerp uitmaken tot het einde van het geding voor de uitvoeringsrechter.
De schuldenaar kan een betwisting met betrekking tot de beslagbaarheid van bepaalde goederen opwerpen.
Nietigheid
De nietigheid van het beslag kan gevraagd worden door de schuldenaar-beslagene. De ingeroepen nietigheid (d.w.z. de sanctie van een rechtshandeling die een gebrek vertoont) kan een nietigheid wegens een gebrek ten gronde zijn (bv.: ontstentenis van bekwaamheid) of een nietigheid wegens een vormgebrek (bv.: verzuim van een formaliteit).
De vordering tot nietigheid schort de beslagverrichtingen niet op, behoudens andersluidende beslissing van de uitvoeringsrechter. De nietigverklaring van het executoriaal beslag veroorzaakt de handlichting van het aanvankelijke beslag voor de desbetreffende goederen die opnieuw beschikbaar worden. Indien de nietigheid enkel bepaalde verrichtingen betreft, zal de procedure hernomen worden, behalve voor wat de verrichtingen die het voorwerp uitmaken van de vordering tot nietigheid betreft.
Omwille van het niet-opschortende karakter van een vordering tot nietigheid kan toch een openbare verkoping plaatsvinden. Er dient dan een onderscheid gemaakt te worden tussen twee gevallen:
- indien de nietigverklaring werd uitgesproken na de verkoop maar voor de verdeling van de prijs, kan de schuldenaar de teruggave van het product van de verkoop vragen;
- indien de nietigverklaring wordt uitgesproken na de verdeling van de prijs, kan een vordering tot terugbetaling van het ten onrechte uitbetaalde bedrag ten aanzien van de schuldeiser overwogen worden indien de schuldenaar in werkelijkheid niet tot enige schuld gehouden was. Indien de nietigverklaring daarentegen gebaseerd is op het onregelmatige karakter van het beslag, zal de schuldenaar een schadevergoeding kunnen vorderen van de beslagleggende schuldeiser.
VERKLARENDE WOORDENLIJST
Aanmaning: akte opgesteld voor de schuldenaar met het uitdrukkelijke verzoek om zijn verbintenissen na te leven en waarin de gevolgen vermeld worden waaraan hij zich blootstelt ingevolge zijn weerspannige houding
Beslagbaarheid: beslagbare karakter van een goed
Beslagleggende schuldeiser: schuldeiser die het initiatief tot het beslag neemt
Betekening: aanzegging gedaan door de gerechtsdeurwaarder, bestaand in de overhandiging van een procedureakte aan de geadresseerde ervan
Blijvende onroerende goederen: roerend goed dat feitelijk is bevestigd aan een onroerend goed en dat niet kan worden losgemaakt zonder schade
Gekozen woonplaats: plaats waar een persoon geacht zal worden zijn verblijfplaats te hebben voor de tenuitvoerlegging van een akte
Handlichting: opheffing van een blokkering, van een rechtsbeletsel voor de verwezenlijking van een daad of voor de uitoefening van een recht
Indeplaatsstelling: mogelijkheid geboden aan een schuldeiser om zich, in een procedure inzake tenuitvoerlegging, in de plaats te stellen van een andere nalatige schuldeiser.
Koper: begunstigde van een openbare verkoping
Nietigheid: sanctie van een akte die aanvankelijk geldig was maar waarvan de volledige doeltreffendheid afhankelijk was van een latere gebeurtenis die ontbreekt
Nietigheid: sanctie van een rechtshandeling die een vormgebrek vertoont (bv.: verzuim van een formaliteit) of een gebrek ten gronde (bv.: ontstentenis van bekwaamheid om in rechte op te treden)
Onbeschikbaar goed: goed dat noch kan worden overgedragen, noch kan worden bestemd als waarborg voor een schuld
Onlichamelijke roerende goederen: goederen die ontsnappen aan elke materiële inbeslagneming; ze zijn ontastbaar
Onontvankelijkheid: sanctie van een vordering ingesteld door een persoon die niet het recht heeft om in rechte op te treden, die er geen belang bij heeft om in rechte op te treden of die geen hoedanigheid heeft om in rechte op te treden
Onroerend goed: goed dat, door de aard ervan, niet verplaatst kan worden
Onroerende goederen door bestemming: zaak die als onroerend wordt beschouwd krachtens de wet aangezien deze werd bevestigd aan een blijvend onroerend goed of werd bestemd voor de exploitatie en de dienst van een onroerend erf
Openbare verkoping: verrichting die ertoe strekt een in beslag genomen goed openbaar te verkopen aan de hoogste bieder
Pandhoudende schuldeiser: schuldeiser wiens schuldvordering gewaarborgd wordt door een onderpand (het onderpand is een waarborg die betrekking heeft op een lichamelijk roerend goed)
Roerend goed: goed dat een materieel bestaan heeft en dat verplaatst kan worden
Roerende goederen bij vervroeging: onroerende goederen die nog niet los van de grond zijn, die men als roerende goederen beschouwt omdat zij bestemd zijn om dit te worden
Rouwkoop: bod gedaan door een persoon die koper geworden is, maar die zijn verbintenissen niet naleeft (niet-betaling van de prijs of van de kosten van toewijzing); deze persoon wordt de in gebreke blijvende koper genoemd
Verjaring: middel tot verkrijging of tot verval van een recht door het verstrijken van een zekere tijd
Verwijl: vergoeding van de schade voortvloeiend uit de vertraging in de uitvoering van een verbintenis (bv.: verwijlinteresten)
Verzet: procedure die de andere schuldeisers van de schuldenaar toelaat om zich bij de procedure ingesteld door de beslagleggende schuldeiser te voegen teneinde te delen in het resultaat van het beslag, en zelfs teneinde dit te verrijken, door hier andere goederen in op te nemen
Verzetdoende schuldeiser: alle andere schuldeisers van de schuldenaar dan de beslagleggende schuldeiser
Vordering tot terugbetaling van het ten onrechte uitbetaalde bedrag: vordering die een persoon die een bedrag heeft betaald waarvan hij of zij niet de schuldenaar was, toelaat om in rechte de terugbetaling te vorderen van dit bedrag door degene die dit ontvangen heeft
Werkelijke woonplaats: plaats waar een persoon doorgaans verblijft